DE MECHANICA VAN DE VLUCHT VAN LICHTE VLIEGTUIGEN

Dit boek is bedoeld voor vliegtuigpiloten, amateurvliegtuigfabrikanten en degenen die hun kennis van de vliegtechniek en de aërodynamica willen ontwikkelen.

De basisprincipes van het vliegen van een vliegtuig worden uitgelegd, voorafgegaan door basisbegrippen met betrekking tot aërodynamica, anemometrie (hoogte en snelheid), de vluchtbesturingswerking en de aandrijflijn. De verschillende vluchtfasen worden bestudeerd, beginnend met de rechte vlucht en eindigend met de start en de landing; ze worden benaderd vanuit het oogpunt van de prestaties, maar ook vanuit het oogpunt van de vliegkwaliteiten (stuurvlakken en vluchtstabiliteit). De grenzen van de vlieg-enveloppe, de gevolgen van ijsvorming en turbulentie, alsmede aspecten die specifiek zijn voor tweemotorige vliegtuigen worden aan het eind van het boek gepresenteerd.

Voor een piloot is een licht vliegtuig vaak de eerste stap in een luchtvaartcarrière, maar dit boek kan ook worden beschouwd als een inleiding op de studie van de vliegtuigmechanica. Immers, als de vluchtbeginselen voor alle vliegtuigen gelijk zijn, maken de eenvoud van het ontwerp van lichte vliegtuigen en het beperktere snelheids- en hoogtebereik waarin ze evolueren, het mogelijk om de verschillende begrippen van de vliegmechanica gemakkelijker te benaderen.

De algemene presentatie is bedoeld om zo eenvoudig mogelijk te zijn en het gebruik van wiskundige vergelijkingen tot een minimum te beperken. De auteurs hebben er daarom voor gekozen om aan het einde van de verschillende hoofdstukken bepaalde aspecten te presenteren die niet essentieel zijn voor een eerste lezing en die wellicht complexer lijken.